Hendriks van de wat?

Een Weem is een "widen heem", d.w.z. gewijde heimat, van de pastoor.
Volgens een procuratie uit 890, de tijd van na Karel de Grote, van Ludovicus Pius uit Aken,
had een pastoor beschikking over een Weem, waar hij van kon leven.

In Mill, in Oost Brabant, heeft tot het begin van de 20e eeuw een bekende Weemhof gestaan.
Er is daar nu nog een Weemhofweg.

Donderdag 4 maart 2004 ben ik daar met mijn zus Ger geweest. Er staat nog een prachtig, gerestaureerd Mariakapelletje, wat als trouwkapel gebruikt wordt.


Ger voor het Weemkapelletje

Tussen 1750 en 1850 hebben Ermert Hendriks (1749) en Allegonda Wilbers (1756) daar gewoond. Rond de 18e eeuwwisseling hebben de Fransen in Nederland de registratie van namen ingevoerd. Nu is Hendriks in deze Brabantse contreien een veel voorkomende naam en je kunt je voorstellen dat men ter onderscheid iets toevoegt, "van de Weem".
In Wanroij is op 17.3.1839 een overlijdensakte gemaakt van Ermert Hendriks (90!), geboren in Mill en St. Hubert, echtgenote van Allegonda van Escharen.
En op 1.1.1848 is die van haar gemaakt, Allegonda van Escharen (92!), geboren in Escharen, dochter van Wilbert van Escharen en onbekend. De ene keer werd ze Wilbers genoemd, de andere keer van Escharen.

Allegonda en Ermert hadden o.a. een zoon, Lamert (1784 - 1860).
En Lamert Hendriks wordt in sommige aktes Hendriks van de Weem genoemd.

Zijn zoon Reinier (1821) en volgenden, worden consequent Hendriks van de Weem genoemd.

Reinier was de vader van Arnold (1850 - 1928), en die op zijn beurt van Willem (1896 - 1967).